Inplanting en landschapsgebruik dooheen de tijd

Bekkevoort is gelegen in het Hageland, een streek die grofweg begrensd wordt door de Demer in het noorden, de Dijle in het westen en de Velp in het oosten en zuid-oosten. Het Hageland is een overgangsgebied tussen de schrale zandgrond van de Kempen en de rijke grond uit Haspengouw.

Kenmerkend voor het Hageland zijn de west zuid-west-oostnoordoost verlopende heuvelruggen die gescheiden zijn door brede laagtes.

Localisatie van de beschermde midden-neolithische site op de Hermansheuvel (© AGIV)

De Hermansheuvel behoort tot zo een heuvelrug. Het heuvelachtige landschap in combinatie met een diversiteit aan bodems zorgt voor een uitgesproken contrast in het grondgebruik. Zo bevindt de beschermde site zich grotendeels in agrarisch gebied waarbij vooral akkerbouw en fruitteelt centraal staan. De westelijke en zuidelijke randen van het onderzoeksgebied zijn daarentegen een natuurgebied en beplant met bomen en struiken.

Zicht op de Hermansheuvel vanuit het zuiden (© RAAP)

De oudste vermelding van de Hermansheuvel uit 1253 is ‘halebranshovel’ later ‘Herbrantshovel’. Dit zou betekenen ‘heuvel van een zekere Halebrant’. Door vermenging met de naam van de familie Hermans, die in Assent goed vertegenwoordigd was, zou de naam vervormd zijn tot Hermansheuvel. Op enkele kale plekken na is deze heuvel tot in de 19de eeuw nog steeds bebost gebleven, zoals trouwens de meeste heuvels in het Hageland. Bosbouw was voor de Hagelanders een voorname bron van inkomsten. Tot aan de Franse revolutie bleef de abdij van Sint-Truiden in het bezit van ruim 40 ha bos, gelegen op de steile westhelling en het plateau. In de 18de eeuw bestond het vooral uit hakbos, dat om de negen jaar gekapt werd voor brandhout. Er werden daar zelfs nog regelmatig wolven geschoten.

Door de steile hellingen en bebossing was er op de Hermansheuvel weinig verkeer mogelijk. De heuvel werd wel omzoomd door drie voorname routes. De eerste weg kwam van Aarschot en liep naar Zoutleeuw, dwars door Mitsbeke en het Waanveld. Een tweede route liep over de westelijke hevelflank van de vallei naar Wersbeek en Tienen. Deze baan dwarste in de andere richting in Meerbeek de weg Leuven-Diest. Deze laatste was een van de belangrijkste verbindingen tussen de rijke Brabantse steden in het westen en het Maas- en Rijngebied in het oosten. Men kan zich dus wel inbeelden dat deze laatste weg heel wat geschiedenis over hem heeft zien passeren.

De Hermansheuvel anno 1771-1778 zoals afgebeeld in de kabinetskaart van Ferraris (© NGI)

 

 

Deel deze pagina